In de letselschadepraktijk wordt nog te vaak aangenomen dat klachten pas serieus genomen mogen worden wanneer ze zichtbaar zijn op scans of in meetbare medische gegevens. Deze gedachte is achterhaald en doet veel patiënten tekort. Pijn, beperkingen en verminderde levenskwaliteit zijn namelijk niet altijd objectief te meten, maar daarom niet minder reëel.
In mijn recente bijdrage aan GAVscoop licht ik toe waarom het essentieel is om verder te kijken dan alleen beeldvorming. Patiënten ervaren soms ernstige klachten zonder duidelijke afwijkingen op MRI of röntgenfoto’s. Denk bijvoorbeeld aan chronische pijn, PTSS of niet-aangeboren hersenletsel. De afwezigheid van objectiveerbare schade betekent simpelweg dat onze diagnostische middelen beperkt zijn — niet dat de patiënt overdrijft of fantaseert.
Juist daarom pleit ik voor een bredere, multidisciplinaire benadering waarin de ervaring van de patiënt centraal staat. Want erkenning begint niet bij wat wij kunnen zien, maar bij wat iemand dagelijks voelt.
Mijn volledige opiniestuk, “Onzichtbaar, maar niet onwerkelijk”, is te lezen in GAVscoop, mei 2025. Daarin ga ik dieper in op de misvattingen rondom niet-objectiveerbaar letsel en waarom de medische én juridische wereld toe is aan een andere manier van denken.


